Voor de tweede ronde van het Nationaal Groeifonds kon iedere Nederlander of organisatie een groeiplan indienen. Dit heeft in totaal voor circa € 34 miljard aan groeiplannen opgeleverd, terwijl er nog ca. € 16 miljard aan groeigeld in het Groeifonds beschikbaar is voor de komende
vier jaar. De plannen gaan van regeneratieve landbouw, tot een zorg zonder muren en infrastructuur voor waterstof.
Groeiplannen worden door verschillende organisaties ingediend. Bij 39% van de groeiplannen is een bedrijf betrokken, bij 16% een kennisinstelling, 8% een branchevereniging en 7% is ingediend door een individu. Consortia van bedrijven, kennisinstellingen of overheden lijken het meeste kans te maken. Ze bieden namelijk de ministeries een gereedstaande organisatie, samenwerking en draagvlak om de beloofde groei snel te gaan realiseren.
De meeste (49%) van de plannen ingediend bij het Nationaal Groeifonds bevinden zich op het terrein van onderzoek, ontwikkeling en innovatie, naast infrastructuur en kennisontwikkeling. Qua sector zijn de meeste voorstellen gericht op duurzaamheid (32%), maar ook op het gebied van zorg, infrastructuur, onderwijs en IT zijn veel plannen ingediend.
Ongeveer de helft (115) van de groeiplannen heeft een landelijke focus. Daarnaast richt 14% zich specifiek op Zuid-Holland/Rotterdam, en 8% op Noord-Holland/Amsterdam. Maar ook Gelderland (5%), Noord-Brabant, Friesland en Groningen (ieder 4%) zijn goed vertegenwoordigd.
In de eerste ronde werd in totaal € 4,1 miljard toebedeeld aan plannen van de ministeries binnen de Rijksoverheid. In de tweede ronde beoordelen de ministeries de openbare groeiplannen. Zij zullen kritisch kijken of indieners goed hebben onderbouwd hoe hun plan voor de maatschappij als geheel meer welvaart gaat realiseren. Begin 2022 zal dan definitief besloten worden in welke groeiplannen geïnvesteerd gaat worden.
Voor meer informatie over de specifieke projecten zelf, kijk dan op de website van de Rijksoverheid.